Homilie 2de Pinksterdag: H. Maria, Moeder van de Kerk. Door T. Zwart msc
Maria is uniek in het leven van Jezus: zij is de enige persoon in de Schrift die zowel bij het begin als bij het einde van zijn leven betrokken was. Zij was de moeder die hem ter wereld bracht, maar zij was ook de moeder die hem aan het kruis terzijde stond. Tus-sen het begin en het einde was zij sporadisch aanwezig, zoals een moeder betaamt. De eerste jaren van zijn leven, zijn vormingsjaren, zal haar invloed groot zijn geweest. Dat mogen we althans aannemen, want we hebben daar geen concrete gegevens over. In zijn jaren als volwassen persoon was zij meer op de achtergrond aanwezig, vragend en ondersteunend, angstig bezorgd en toch vertrouwen schenkend. Het zal voor een moeder niet eenvoudig zijn geweest om de radicale weg die Jezus insloeg te volgen en hem daarin te bevestigen.
Vandaag vieren we het feest van Maria, Moeder van de Kerk. Ik stel me zo voor, dat Maria met de kerk op dezelfde manier omgaat als zij dat met Jezus zelf gedaan heeft. Naargelang de situatie neemt zij een andere houding aan. De kerk is niet overal het-zelfde. Er zijn vele deelkerken en die bevinden zich in verschillende fasen van ontwikke-ling. Je hebt de jonge kerken, in Afrika en Azië bijvoorbeeld. Zij zitten in de groeifase en hebben te maken met toenemende aantallen gelovigen. Je hebt de gevestigde kerken, volwassen zogezegd, die zich een plaats verworven hebben in de samenleving, waar-van zij deel uitmaken. Ik denk bijvoorbeeld aan de kerken van Zuid-Amerika. En je hebt de kerken in onze streken, die met neergang te maken hebben, kerken die leeglopen en die gedwongen worden de deuren te sluiten. En dan heb je nog een soort kerk die zich in al die verschillende fasen kan voordoen, het is de vervolgde kerk, de lijdende kerk, de kerk die met geweld te maken heeft. Jonge kerken kunnen dat meemaken, denk aan Myanmar of Nigeria. Gevestigde kerken kunnen dit meemaken, denk aan Nicaragua. En oude kerken kunnen dit meemaken, misschien niet zozeer in de vorm van bruut ge-weld, maar meer in de vorm van spot, lachelijkheid of een dodelijke onverschilligheid.
In al deze situatie zal de Moeder van de Kerk op een andere manier aangeroepen wor-den en zal zij op een andere manier reageren, maar altijd als een moeder. Daar was paus Franciscus zeker van en daarom heeft hij dit feest van Maria, Moeder van de Kerk, ingesteld in 2018. De idee was dat Maria, zoals bij de geboorte van Jezus, ook aan de wieg stond van de geboorte van de kerk. Pinksteren was het feest van de ge-boorte van de kerk. De tweede pinksterdag was dan de geschikte dag om Maria’s rol bij die geboorte te vieren. Samen met de apostelen was zij in afwachting van de komst van de heilige Geest en samen met de apostelen daalde de heilige Geest op haar neer in de gedaante van een vurige tong.
De gave van de heilige Geest is toekomstgericht. De leerlingen werden opgeroepen om uit te gaan over heel de wereld en overal groepen christenen te vormen die Jezus als het middelpunt van hun leven zouden hebben. Dat is nog steeds de uitdaging. En zoals Maria er van het begin af bij was, is zij dit nog altijd. We mogen haar aanroepen of als we geen woorden kunnen vinden, mogen we een kaarsje opsteken en haar vragen om bevestigend en ondersteunend aanwezig te zijn bij onze voortdurende inspanning kerk te worden in de wisselende omstandigheden van onze tijd.
Maria is de moeder die op de achtergrond aanwezig is, geruststellend, troostend, be-moedigend. Haar boodschap is oerchristelijk: het komt wel goed, vertrouw er maar op, doe maar wat mijn Zoon zegt en alles komt vroeg of laat in orde.
Amen.