Preek 8 december 2024. Tweede adventszondag

Overweging bij Lucas 3, 1-6 2e zondag Advent, jaar C door Annelies Rosier (pastoraal werker bij de Zusters van Liefde)

Als ik een boek lees, een dikke roman bijvoorbeeld, dan ben ik geneigd om lange beschrijvingen en namen over te slaan. Meestal mis je dan niet veel van het verhaal zelf. Voor de bijbel is dat anders, daar zijn alle zinnen van betekenis, ook bijzinnen. Ze willen ons iets zeggen. Zeker vandaag is dat het geval.
Lucas begint zijn verhaal vandaag met namen: Tiberius, Pilatus, Herodes, Filippus, Lysanias, Annas en Kajafas. Dit zijn niet zomaar namen. Een keizer, een landvoogd, gouverneurs en hogepriester. Hoogwaardigheidsbekleders noemen wij ze, mensen met macht. Meestal gebruiken ze die macht alleen om er zelf beter van te worden of om anderen het zwijgen op te leggen. Ze horen vooral zichzelf en als je een andere mening hebt, moet je oppassen.
Maar, even terug, binnen deze context, de tijd en de namen van de machthebbers, komt het Woord van God tot Johannes.
Johannes past zeker niet in het rijtje. Hij leeft teruggetrokken in de woestijn is een eenvoudige kluizenaar. Maar hij is vurig in wat hij zegt en waartoe hij mensen oproept. ‘Bereid de weg van de Heer, maak zijn paden recht’. Dalen moeten opgevuld, bergen geslecht.
En dan heeft hij het niet over bouwvakkers die een nieuwe weg aanleggen, de logistiek verbeteren.
Nee, Johannes heeft het over de voorbereiding voor Hem die na hem komt, Jezus. Hij wijst naar iemand die een boodschap van bevrijding komt brengen en wij kunnen er al aan meewerken.
We moeten recht maken wat krom is. Er is veel krom in onze wereld. Krom is het dat iemand met allerlei rechtzaken aan zijn broek toch president kan worden. Krom is het als oude woonwijken met sociale huurwoningen worden vervangen door nieuwbouw die niet meer te betalen is voor de oorspronkelijke bewoners.
Maar ook in ons eigen leven is het soms krom, werpen wij bergen op naar elkaar en verschansen ons daarachter, ons eigen gelijk, onze trots, ons onbegrip, onze angst.

Als kind maakten we bergen in het zand, die waren hoog en stevig. Maar het mooiste was het als ieder aan zijn kant van de berg een tunnel ging graven. Die moest diep genoeg zijn, anders stortte de berg in. Hoe mooi was het als je dan na lang graven elkaars vingers kon aanraken, contact kon maken.
Zijn wij niet zo als mensen, we werpen bergen op en verschuilen ons erachter, voor de ander die een bedreiging is. Maar diep in ons is er een onverwoestbaar verlangen naar contact, naar verbondenheid met de ander, naar gezien worden, gewaardeerd en gehoord. Dat geldt voor ieder mens.
Daarom moeten we ook de dalen opvullen, dalen van moedeloosheid, verdriet, eenzaamheid. Dalen waarin mensen zijn weggezakt, niet meer gezien en gehoord worden.
Wij moeten de dalen vullen met hoop, we moeten de mensen die erin zijn gevallen, verheffen, zodat ze zich weer van betekenis voelen.
Het leven is natuurlijk geen rechte weg, er zijn altijd bergen en dalen, kronkelpaadjes, doodlopende wegen. Er is vreugde en verdriet. Dat weet Johannes ook allemaal wel. Het gaat om het onrecht waar hij zich tegen verzet. De groeiende verdeeldheid, de onverschilligheid, de haat, het gebrek aan begrip voor elkaar. Mensen zouden niet vermorzeld moeten worden door een systeem.
De profeet Baruch, waarover we in de eerste lezing hoorde, had het al eerder gezegd toen hij opriep om de ‘mantel der gerechtigheid’ aan te trekken.
Geen vrijblijvende oproep: zowel Johannes als Jezus moesten het met hun leven bekopen. Machthebbers zijn niet gediend van andersdenkenden. Dat is nu niet anders, denk aan hoe het Navalny verging en veel meer, onbekend gebleven mensen. Toch is juist de Adventstijd een uitgesproken tijd voor ons om te onderzoeken waar wij zelf staan. Johannes heeft eerst geluisterd, in de stilte van de woestijn, kon hij Gods stem horen. Pas daarna ging hij spreken. Dat is de goede volgorde.
Laten we luisteren naar wie niet geluisterd wordt. Laten we tunnels blijven graven naar elkaar, totdat we elkaars hand kunnen aanraken en we elkaar kunnen zien.

Leave a comment