3 oktober 2021
27e zondag door het jaar
LEZINGEN
Genesis 2, 18-24
Hebreeën 2, 9-11
Markus 10, 2-16
OVERWEGING
De farizeeën komen naar Jezus toe met een vraag over echtscheiding; een vraag die ook vandaag actueel is.
Actueel, want de kans dat een huwelijk strandt, is in Nederland één op vier. Volgens anderen eindigt zelfs één op drie huwelijken in een scheiding.
Tegen alle hoop en verwachting in lukt het veel mensen niet elkaar vast te houden. Een scheiding is vaak dramatisch voor al degenen die erbij betrokken zijn, het gaat samen met veel hartzeer en verdriet. Hoe intenser mensen in hun huwelijk hebben geïnvesteerd, hoe scherper de pijn als het stuk loopt.
Over echtscheiding wordt overigens heel verschillend gedacht. Dat was al zo in de tijd van Jezus. De wet van Mozes stond echtscheiding toe. De vraag was niet zozeer òf het mocht, maar wannéér en onder welke voorwaarden het was toegestaan. De ene rabbi zei dat een man van zijn vrouw mocht scheiden wanneer er sprake was van overspel, terwijl een andere rabbijn leerde dat een man al mocht scheiden als zijn vrouw niet goed kon koken. Wanneer Jezus spreekt over echtscheiding, dan gaat hij onmiddellijk naar de kern: God heeft in den beginne (in principe!) man en vrouw geschapen om één te zijn en wat God verbonden heeft, dat mag een mens niet scheiden.
Vroeger lagen de vormen van relaties vast: man en vrouw, wonen onder één dak, een gezin vormen, kinderen krijgen en opvoeden. Dat was het geijkte patroon, de vaste vorm. Je kon er als het ware zo instappen! Vandaag is dat anders. Vandaag kennen we allerlei soorten verbintenissen tussen personen. Maar in wat voor relatie ook, mensen komen soms tot het besluit dat het beter is uit elkaar te gaan. Als ze zich daar dan de rust en de tijd voor geven en het komt tot een gesprek, dan valt het op dat de meesten van hen heel eerlijk samen hebben geprobeerd hun relatie te redden. En ook valt het op dat buitenstaanders soms zo gemakkelijk klaar staan met hun oordeel.
Er zijn grote verschillen tussen de leer van Jezus over echtscheiding en die van veel rabbijnen in zijn tijd. Bij de rabbijnen was het vaak een discussie vanuit het belang van de man, in die zin een ‘mannendiscussie’. Jezus echter geeft te verstaan dat een man die vreemd gaat, vóór alles echtbreuk pleegt naar zijn eigen vrouw. Voor hem is de waardigheid van de vrouw even heilig als die van de man. In de cultuur van zijn tijd was dat een nieuw geluid.
En er nog een ander opvallend verschil. Jezus’ voorkeursliefde gaat steeds uit naar mensen die kwetsbaar zijn, die aan het kortste eind trekken. Wat dat betreft is hij uiterst voorspelbaar. Zijn hart gaat uit naar zulke mensen. In zijn tijd stonden bij voorbaat vrouwen en kinderen aan de verliezende kant. Vrouwen en kinderen … vandaag zouden we eraan toevoegen: vergeet de oma’s en opa’s niet, want juist zij vangen vaak hun kinderen en kleinkinderen op en helpen ze door moeilijke tijden.
Het evangelie van vanmorgen is een korte samenvatting van een lange en heftige discussie tussen Jezus en de farizeeën! Het is niet zomaar toevallig dat deze discussie over echtscheiding wordt afgesloten met het feit dat mensen hun kinderen naar Jezus toe brengen. Laat ze tot mij komen, zegt hij, en hij legt ze de handen op. Alsof hij zeggen wil: vergeet niet dat het uiteindelijk gaat om hen. Hij houdt ze letterlijk de hand boven het hoofd: laat ze niet de dupe worden van jullie conflict.
Toen ik een paar dagen geleden de evangelielezing van vanmorgen opnieuw las, vroeg ik me af: Wat zou Jezus zeggen tegen mensen die middenin een echtscheiding zitten? Ik denk dat hij hen er allereerst aan zou herinneren hoe het huwelijk bedoeld was in principe, in het begin: als een verbond. Een verbond … dan denk ik aan dat prachtige symbool van de regenboog die boven de aarde staat – symbool van God die zich in liefde buigt over de schepping, over onze mensenwereld.
En dat niet alleen. Hij zou ook zeggen dat hij het hart van mensen kent: onze goede bedoelingen, ons tekortschieten, de sterkte en de zwakte die er in ons huist. Als er schuld is, dan zou hij die niet wegpraten. Maar evenmin zou hij schuld gebruiken om achteraf mensen stenen naar het hoofd te gooien.
En tenslotte zouden zijn laatste woorden waarschijnlijk dezelfde woorden zijn als waarmee dit evangelie van deze morgen eindigt: ook ik veroordeel je niet.
Ben Verberne MSC