Preek Witte Donderdag

WITTE DONDERDAG
14 april 2022

LEZINGEN
Exodus 12, 1-8.11-14
1 Korinthiërs 11. 23-26
Johannes 13, 1-15

OVERWEGING
Vandaag op Witte Donderdag begint het Paasfeest: Witte Donderdag, Goede Vrijdag en het feest van de Verrijzenis – Pasen. Na twee jaar corona-pandemie kunnen we gelukkig weer feestelijk bij elkaar komen, samen vieren. En toch voelt Pasen ook dit jaar dubbel. Met iedere dag nieuwe oorlogsbeelden voor ogen, staat ons hoofd eigenlijk niet naar feest. Samen uitgebreid Pasen vieren gaat in tegen ons gevoel en tegen ons verstand, vooral nu er zoveel doden zijn te betreuren en gewonden
en families in rouw en mensen op de vlucht. – Maar toch …!

Juist nú moeten we tegen elkaar zeggen en blìjven zeggen dat dood, oorlog en vernietiging onder ons nooit het laatste woord mogen krijgen. Juist déze dagen zeggen we tegen elkaar: al dat geweld, dat verdriet, de ontkenning, de leugens en de halve waarheden, ze zìjn er, maar ze mogen en zullen het nooit winnen van het leven, van liefde, van mensen die hart hebben voor elkaar en voor hun gemeenschap.

Het is als met de discussie “hoelang we moeten doorgaan met het herdenken van de Bevrijding aan het einde van de Tweede Wereldoorlog?”. Sommigen willen die herdenking gewoon afschaffen: “We zijn intussen toch 80 jaar verder?” Anderen zeggen juist: “We moeten blijven herdenken, want als we de bevrijding uit onderdrukking en slavernij niet meer vieren, dan vergeten we op den duur dat we vrije mensen zijn, bedoeld, niet om te heersen over elkaar, maar om elkaar te dienen.

Daarom houden we hier vanavond de uittocht levend: de uittocht uit de slavernij aan alles wat mensen knecht en klein houdt. Opnieuw beléven we en laten we aan ons gebeuren de bevrijdende kracht van God in onze wereld. Hij is er en Hij zal er zijn.
Zo is zijn naam. Dat is God voor ons.
Dàt gedenken en vieren, dat is precies wat ieder Joods gezin deed ieder jaar opnieuw. En Jezus sluit zich met zijn leerlingen daarbij aan. Bij Johannes (we lezen vanavond uit het evangelie dat naar hem wordt genoemd), is Jezus, de Dienaar van God. “Welnu, als ik, jullie Heer en meester, jullie voeten heb gewassen, dan horen ook jullie elkaar de voeten te wassen. Ik heb jullie het voorbeeld gegeven: doe zoals ik jullie heb voorgedaan”. Hij vraagt ons de Uittocht uit slavernij levend te houden en te gedenken wat hij zelf voor ons wil zijn: brood om te breken, wijn om te worden vergoten. “Eet en drink tot gedachtenis aan mij. Telkens wanneer we dat doen,
gedenken wij hem totdat hij komen zal”.

Naar aanleiding van Witte Donderdag hoorde ik ooit een mevrouw in de thuiszorg, zeggen: “Wat is daar voor bijzonders aan: iemand de voeten wassen? Mensen wassen … ik doe het dag in dag uit. Als iemand zich niet langer zelf kan redden, dan moet er voor hem of haar zorg van elders geregeld worden, betaald of niet, want zorg is een recht”… Zorg is een recht, dat is waar. Maar dat betekent erg genoeg niet
dat er dan ook altijd zorg beschikbaar is. Bovendien is zorg is niet iets dat je zomaar ‘regelt’, – zorg voor elkaar vraagt inzet, kunde, en vooral een geest van dienstbaarheid.

Dat precies liet Jezus ons zien door de voeten van zijn leerlingen te wassen. Het zegenen van brood en beker geldt als een eer die iemand aan het hoofd van een gezin toekomt. En Jezus voegt daaraan toe: dat wie leiding geeft, mag zijn als een die dient.
Dienen, dienstbaar zijn, vaak is dat niet onze sterkste kant. Petrus staat dan ook verbaasd. Hij kan er niet mee overweg dat Jezus voor hem knielt. Hij ziet dat voeten-wassen als een slavendienst. Maar Jezus zet door en stelt welbewust dit gebaar van liefde tot het uiterste. Voor hem kàn iemand geen leiding geven zonder dienstbaar te zijn aan anderen. Vandaar dat aandringen van Paus Franciscus dat wie leiding geeft binnen de kerk, zich daar niet op laat vóórstaan, maar dat doet uit dienstbaarheid.

Vanavond brengen wij Jezus in beeld. Hij omgordt zich en wast ons de voeten. Hij knielt voor welke mens ook. Uit liefde, uit dienstbaarheid.

Laten wij doen zoals hij.

Ben Verberne MSC

Leave a comment